De broeier ontzorgen!

Ons team van CNB teeltadvies heeft als doel om de broeier te ontzorgen en het beste resultaat per partij te realiseren. Maar hoe doen ze dat eigenlijk? 

Stadiumonderzoek
In de zomermaanden vindt stadiumonderzoek voor de tulpenbroeierij plaats. “Dan bepalen wij op verzoek van klanten het stadium van de te broeien leverbare bollen. Dat doen we zowel op locatie bij de klant als bij CNB in Bovenkarspel, voor de partijen die wij behandelen en prepareren”, vertelt teeltadviseur Yorick van Leeuwen. Dit is een cruciaal moment in de ontwikkeling van de bol, weet Van Leeuwen. “De tulp legt na de oogst eerst zijn blad aan en daarna de bloem. Als hij volledig in stadium G is, is de bloem compleet aangemaakt. Van daaruit rekenen wij met vaste waarden en houden we rekening met invloeden van het groeiseizoen; alles wat de tulp nodig heeft om goed tot bloei te komen. Belangrijk daarbij zijn de tussentemperatuur en de koudeperiode, die verschilt per cultivar.” Als hier iets mis gaat in de planning, leidt dat tot nare gevolgen, zoals uitval en bloemverdroging, weet Van Leeuwen. “En daar zit geen enkele broeier op te wachten.”

Voordelen
Wat zijn de voordelen die wij te bieden hebben? . “Wij snijden veel partijen en hebben zo de nodige kennis en ervaring verzameld. Daarbij beschikken wij over een databank met informatie over alle cultivars die we continu aanscherpen en aanvullen met nieuwe rassen. Verder kijken wij met een neutrale blik naar het product, omdat we er zelf verder geen belang bij hebben. De broeier kijkt toch met een andere bril, omdat hij vaak redeneert vanuit een planning die hij in gedachten heeft. Dat speelt bij ons advies geen rol. Wij kijken alleen wat goed is voor de bol, waarbij we het hoogste rendement voor de broeier willen realiseren.

Broeischema
Na het snijden kan de klant een advies afnemen en een broeischema laten maken door de teeltadviseurs. “Dat is allemaal optioneel.” Een broeischema maken, is ‘redelijk complex’ en kost bovendien wel wat tijd. “Vooral als je verschillende partijen broeit, luistert het allemaal heel nauw.” Het broeischema beschrijft wat de broeier stap voor stap moet doen: van de koeldata en het opplanten tot het inhalen en de trekwegdatum. “Zo weet hij precies wat hij wanneer moet doen. Ons doel hiermee is de broeier te ontzorgen én het beste resultaat per partij te realiseren.” Overigens zijn broeiers wel betrokken bij de ontwikkeling van broeischema’s. “Daar sparren we over met elkaar, en die input nemen wij mee in het schema.” Elk seizoen gaan Van Leeuwen en zijn collega’s op bezoek bij klanten om de ontwikkelingen te kunnen volgen. “De informatie die daaruit komt, verwerken we weer in onze databank. We blijven leren, bijschaven en aanscherpen.